Wat doen we met al die lege braakliggende ruimte? Prachtige kansen om gezamenlijk eens stadslandbouw op te zetten. Verkorten van de voedselketens, leren je eigen fruit en groenten te verbouwen en samen met je buren en vrienden aan de slag. Gezellig, en misschien verbind je er ook een serieus sociaal-maatschappelijk doel aan, zodat mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt aan het “werk” kunnen. Of de tijdelijke moestuin wordt een ontmoetingsplek voor alleenstaanden. Met stadslandbouw vallen muren te slechten.
Naast het organiseren en coördineren van alle activiteiten moet er ook veel geregeld worden. Ik kom diverse initiatieven tegen die aanhikken tegen de heersende mores van wetten en regels. Het zijn prachtige proeftuinen om erachter te komen hoe die veranderende relatie tussen overheden en burgers nu echt eruit ziet. Welkom in de wereld van de tijdelijke overeenkomsten.
Of ik even wilde meekijken naar de gebruiksovereenkomst van het Ontwikkelingsbedrijf voor Delftse PROEFtuin, zo vroeg Esmeralda van Tuinen van Stichting Groenkracht mij kort geleden. Een echt stadslandbouwinitiatief, dat bewust maakt rond duurzaam voedsel, de sociale cohesie verbetert en onbenut potentieel gebruikt, van mensen en van lege gebouwen. Alles op tijdelijke basis op een braakliggend terrein in de spoorzone in Delft.
De Delftse PROEFtuin mag dan ambitie hebben, het gebruikscontract van OBS heeft dat ook. Artikel op artikel wordt uitgespeld wat stichting Groenkracht dient te doen en te laten, met boeteclausules en al. Het strijkt de initiatiefnemers tegen de haren – waarom is er geen contract dat in woord en gevoel aansluit bij de maatschappelijke activiteiten van Groenkracht? Waarom wordt het zo ingewikkeld gemaakt door de gemeente?
Het antwoord is even eenvoudig als ontluisterend. Het Ontwikkelbedrijf is een apart onderdeel van de gemeente, die gewend is om overeenkomsten af te sluiten met marktpartijen en professionele organisaties. Stichting Groenkracht heeft gewoon de pech dat zij aan de slag wil gaan op een leeg terrein in de spoorzone, dat in de portefeuille van OBS zit. Op een willekeurig andere plek in Delft worden groenbeheercontracten geregeld door Stadsbeheer, met meer oog voor de maat van de actieve bewoners, maar precies niet in de spoorzone.
Voor de bewoners van de Utrechtse wijk Terwijde in Leidsche Rijn is deze situatie heel herkenbaar. Ook zij krijgen van het Utrechtse Ontwikkelbedrijf (Vastgoedbedrijf) een pagina’s lang contract voorgeschoteld om hun tomaten en andere groenten te kunnen kweken. Want de grond van de moestuin De Halte is al bestemd als woningbouwlocatie in de toekomst. Daarbij hebben de bewoners last van de verplichting om een formeel rechtspersoon te worden, niet een groepje enthousiaste moestuiners, maar een heuse stichting of vereniging. De gemeente sluit namelijk geen contracten met losse collectieven.
Het is natuurlijk de vraag of de bewoners met één gemeente te maken hebben, die echt moeite doet om het voor hen zo eenvoudig mogelijk te maken. Daar horen de complexe contracten van de Ontwikkelbedrijven volgens mij niet bij. Voor de moestuiners van De Halte ligt een mogelijke uitweg in de informele vereniging, als alternatieve contractpartner. Als dat al moet, want waarom kunnen zij niet gewoon aan de slag, zonder overeenkomst?
PS – Esmeralda van Tuinen berichtte mij nadien dat Groenkracht en OBS Delft een voor beide partijen aanvaardbaar contract getekend hebben. Gelukkig maar, want nu kan het burgerinitiatief echt van start. OBS heeft zich echt ingespannen om de regeling rond te krijgen en dat pleit voor de gemeente Delft. Ook van andere lezers heb ik begrepen dat Ontwikkelbedrijven volop meewerken om maatschappelijke initiatieven echt mogelijk te maken. Die inspanningen moeten we koesteren – deze blog legt slechts de vinger op de zere plek wat betreft het werken van de gemeente zelf, als 1 organisatie. Daar valt nog veel te winnen.